Dit artikel is onderdeel van het archief van Drempelvrij.nl. De inhoud van dit artikel is mogelijk verouderd.
In het Algemeen Overleg Digitale overheid van 25 juni 2014 heeft mevrouw Oosenbrug in het kader van de digitale toegankelijkheid onder andere aan Minister Plasterk gevraagd naar de bereikte resultaten: welke overheidswebsites aantoonbaar voldoen.
De heer Moors vraagt hoe de ondersteuning van kwetsbare burgers die minder digivaardig zijn nu plaatsvindt/geregeld wordt. In de eerste ronde beantwoording geeft Minister Plasterk aan dat 66% van alle gemeentelijke websites voldoet aan de Webrichtlijnen. En dat bij de inrichting van de digitale dienstverlening van de overheid rekening wordt gehouden met alle burgers.
In de tweede ronde vraagt mevrouw Oosenbrug waar het genoemde percentage van 66% toegankelijke gemeentelijke websites op gestoeld is. Op de website Webrichtlijnen.nl staat dat 74 van de 408 gemeenten aantoonbaar voldoen aan de Webrichtlijnen.
Minister Plasterk geeft aan dat zijn percentage gebaseerd is op inspectiegegevens die recenter zijn. Maar omdat hij op dit moment het verschil in aantal/percentage niet kan toelichten, zegt hij toe hierop terug te komen in de begrotingsbehandeling BZK.
(Zodra het verslag van het AO beschikbaar is, wordt de link geplaatst).
* Antwoord Minister Plasterk 28 februari 2014 aan de Nationale ombudsman betreft rapport ‘De burger gaat digitaal’, kenmerk 2013-0000774514 Toegankelijkheid van overheidswebsites: ‘Ik ben er van overtuigd dat de vaardigheid om digitaal zaken te doen met de overheid groter wordt naarmate overheidswebsites toegankelijker zijn. Voor het inrichten van websites gebruiken overheidsorganisaties proefpersonen om de dienstverlening zo gebruiksvriendelijk mogelijk te maken. Daarnaast zullen overheidswebsites per 1 januari 2015 moeten voldoen aan de internationale normen voor toegankelijkheid, de zogenoemde ‘webrichtlijnen’.’